Start van de behandeling
Na uw geaccepteerde verwijzing nodigen wij de patiënt telefonisch en schriftelijk uit voor een eerste gesprek bij de behandelend radiotherapeut-oncoloog. Tijdens dit gesprek bespreken we de diagnose, de bestralingsbehandeling, het doel van de behandeling, de bijwerkingen en de prognose. Daarnaast bespreken we met uw patiënt het vervolgtraject, tijdstippen en frequentie van de radiotherapie en het vervoer. Afhankelijk van de indicatie starten we direct met de voorbereiding en behandeling.
Onze werkwijze
Het eerste consult
Voordat we starten met de bestralingen heeft de patiënt een intakegesprek met de radiotherapeut-oncoloog of physician assistant. De patiënt krijgt hiervoor van ons telefonisch en schriftelijk een uitnodiging. Tijdens deze eerste afspraak maakt de patiënt kennis met de radiotherapeut-oncoloog en wordt het verloop van de behandeling besproken.
Voorlichting
Ter voorbereiding op de bestraling heeft de patiënt een voorlichtingsgesprek met één van onze Medisch Beeldvormings- en Bestralingsdeskundigen (MBB’ers). Deze medewerker is opgeleid om bestralingstechnieken toe te passen en is tevens gespecialiseerd in het geven van voorlichting. Tijdens het gesprek krijgt de patiënt uitleg over het behandeltraject door middel van een digitale presentatie. Verder krijgt hij/zij informatiemateriaal mee om thuis nog eens door te lezen.
CT-scan
Voor een goede bestralingsbehandeling is het van belang om nauwkeurig de plaats van de tumor(en) en de omliggende organen in het lichaam in beeld te brengen. Dat doen we door een CT-scan te maken met een röntgentoestel. Zo kunnen we bepalen waar en hoe de bestraling precies gegeven moet worden. Het maken van een CT-scan duurt ongeveer 10 tot 20 minuten. In sommige gevallen wordt door middel van een infuus contrastvloeistof toegediend om het gebied of belangrijke structuren beter zichtbaar te maken.
Het is belangrijk dat de patiënt bij de behandeling steeds op exact dezelfde plek bestraald wordt. Daarvoor worden soms speciale hulpmiddelen gebruikt. Na het CT-onderzoek worden enkele tatoeagepuntjes op het lichaam gezet, zodat de patiënt tijdens de bestraling exact hetzelfde gepositioneerd kan worden.
Als de patiënt bestraald moet worden op het hoofd of hals, wordt er eerst een kunststof masker gemaakt (in de mouldroom) waardoor de positie van het hoofd gedurende de behandelingen altijd precies hetzelfde is.
Er volgt geen uitslag van de CT scan aangezien deze informatie alleen gebruikt wordt voor plaatsbepaling en berekening. Aan de hand hiervan bepaalt de radiotherapeut-oncoloog het juiste bestralingsgebied.
Mouldroom
Voor een goede bestralingsbehandeling is het van belang dat de patiënt tijdens iedere bestraling in dezelfde positie ligt. Om dit te kunnen doen, maken wij op de mouldroom hulpmiddelen. Als dit voor uw patiënt van toepassing is krijgt hij/zij hiervoor in de voorbereidende fase, nog voor de CT-scan, een afspraak.
Als wij de patiënt bijvoorbeeld bestralen op het hoofd of hals, maken wij eerst een kunststof masker waardoor de positie van het hoofd gedurende de behandelingen altijd precies hetzelfde is. De hulpmiddelen worden op maat gemaakt en worden zowel bij de CT-scan als bij iedere bestraling gebruikt.
Het bestralingsplan
Met de informatie van de CT-scan en eventueel eerder verrichte diagnostische onderzoeken maken wij een optimaal bestralingsplan. Dat gebeurt door een team behandelaars, bestaande uit radiotherapeuten-oncologen, MBB’ers en klinisch fysici. In het bestralingsplan leggen we vast hoe vaak de patiënt bestraald moet worden, met welke hoeveelheid stralingseenheden wordt gewerkt en vanuit welke richtingen wordt bestraald. Dit alles om een maximaal effect te bereiken en tegelijkertijd het omliggende weefsel te ontzien.
Het duurt gemiddeld één tot twee weken voordat een nieuwe patiënt wordt opgeroepen voor de eerste bestraling. Dit is vanwege de complexiteit van de berekeningen en de benodigde controles hiervan.
De bestralingen
De bestraling wordt uitgevoerd door minimaal twee Medisch Beeldvormings- en Bestralingsdeskundigen (MBB’ers). Zij zijn speciaal opgeleid om de bestralingstechnieken toe te passen. De MBB’ers begeleiden de patiënt dagelijks tijdens de hele behandeling. De patiënt kan bij hen terecht met alle vragen. Als het nodig is, spelen de MBB’ers eventuele vragen door aan de radiotherapeut-oncoloog.
Bestralingsplan
De hoeveelheid bestralingsbundels en de precieze duur van iedere bestralingsbundel zijn bepaald in het bestralingsplan en zijn per patiënt verschillend. De bestraling wordt vanuit meerdere richtingen gegeven. Doorgaans duurt de bestraling per richting ongeveer veertig seconden. De MBB’ers zorgen dat de patiënt goed op de behandeltafel ligt en bestraald wordt vanuit de verschillende richtingen. Als de bestralingsdosis is gegeven, slaat het toestel automatisch af. De straling is dan meteen uit de ruimte verdwenen. Eén bestralingssessie, inclusief uit- en aankleden, duurt in totaal twintig tot dertig minuten.
De juiste positie
Tijdens de bestraling is het belangrijk dat de patiënt steeds weer op precies dezelfde manier op de bestralingstafel ligt als tijdens de voorbereiding van de bestraling. Dit controleren wij evenuteel met behulp van de lijnen op het hulpmiddel en/of de tatoeagepuntjes die op het lichaam zijn aangebracht.
Controlescans
Het kan zijn dat wij tijdens de bestralingsbehandeling controlescans maken. Door deze scans te vergelijken met de CT-scan die tijdens de voorbereiding is gemaakt, controleren we de ligging van de patiënt. Mocht het nodig zijn, dan kunnen we de ligging van de patiënt corrigeren. Zo wordt de patiënt altijd op de juiste plaats bestraald. De scans zeggen niets over de uitwerking van de bestraling en de patiënt ontvangt hiervan dan ook geen uitslag.
Brachytherapie
Controle en nazorg
Tijdens de bestralingsbehandeling ziet de patiënt de radiotherapeut-oncoloog regelmatig zodat hij/zij vragen kan beantwoorden en eventuele bijwerkingen kan behandelen.
Herstel
De eerste twee maanden na de laatste bestralingsbehandeling staan in het teken van herstel. Het lichaam zal in die periode gaan herstellen van de bijwerkingen. Over het algemeen begint het herstel in de tweede week na de bestraling. Het verloop ervan is afhankelijk van de persoonlijke omstandigheden.
Nacontrole
Na afloop van de bestralingsperiode zal de radiotherapeut-oncoloog de nacontrole bepalen. Wanneer en hoe vaak dit zal plaatsvinden, hangt af van de tumorsoort, uitgebreidheid van de bestraling en het beloop van klachten tijdens de bestraling. De afspraken hiervoor krijgt de patiënt in de laatste week van de bestralingsbehandeling.